Fietsnotitie

LVM: ‘Ontmoedig autogebruik voor afstanden korter dan 10 kilometer’

Fietsen Rotterdam stimuleren
In de tiende notitie van van het Laboratorium Verantwoorde Mobiliteit doen de onderzoekers drie aanbevelingen om fietsgebruik te stimuleren. Shutterstock / Ceri Breeze, 2022

Voor afstanden tot 15 kilometer moet vaker de (e-)fiets gepakt worden, om ons mobiliteitssysteem voor de korte afstand te ontlasten. Om dit te stimuleren moeten achterblijvers een inhaalslag kunnen maken, er moet synergie tussen fietsinfrastructuur en woningbouw gaan ontstaan en autorijden moet worden ontmoedigd. Dit stelt het Laboratorium Verantwoorde Mobiliteit (LVM) in zijn tiende notitie.

Voor het stimuleren van de fiets en het fietsgebruik op deze afstand, doet LVM drie aanbevelingen op basis van een studie naar wie er fietsen, waar mensen fietsen en waarom. Deze aanbevelingen staan uitgebreid beschreven in de notitie ‘De fiets als motor op de kortere afstand’.

Het LVM bestaat uit een groep van 13 studenten, van verschillende universiteiten en opleidingen. Zij buigen zich over allerlei vraagstukken rondom de verduurzaming van mobiliteit en de versnelling van de CO2-reductie. Daarbij worden ze ondersteund door een groep van vakinhoudelijke deskundigen, die onder andere werkzaam zijn bij TNO, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het Planbureau voor de Leefomgeving.

Zorgen om klimaatopgave

Hans Jeekel, als emeritus hoogleraar nauw betrokken bij de onderzoeken en publicaties van het LVM, vertelt: “De basis van voor de groep studenten zijn hun zorgen om de klimaatopgave binnen het mobiliteitsbeleid. Het gaat gewoon niet snel genoeg. Natuurlijk wordt er geëlektrificeerd, maar het gaat te langzaam. Dat is hun zorg. We vonden dat er een fietsnotitie moest komen en we hebben gekeken met elkaar wat we kunnen toevoegen.”

De fietsnotitie concludeert onder meer dat er op dit moment nog veel achterblijvers zijn in fietsgebruik. Dit zijn bepaalde doelgroepen, zoals mensen met een migratieachtergrond en laagopgeleiden, maar ook regio’s zoals Zuid-Limburg en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Het heuvelachtige landschap van Zuid-Limburg speelt daar een rol in, maar dat Metropoolregio Rotterdam Den Haag achterblijft, is opmerkelijk.  In dit hele gebied lijkt het fietsgebruik lager te zijn, ondanks de hoge verstedelijking. Alleen studentenstad Delft vormt hierop een uitzondering. Potentiële redenen kunnen de bevolkingssamenstelling, het hoogwaardige OV en het enorm fijnmazige wegennet zijn, maar doorslaggevend onderzoek is hier nog niet naar gedaan. Volgens Jeekel is de insteek van de fietsnotitie uniek. “We hebben gekeken op basis van statistiek wat de achterblijvers zijn. Waarom lukt het in de regio Amsterdam/Utrecht wel, maar in de regio Rotterdam/Den Haag minder?”

Ook zijn er achterblijvers in fietsvervoersbehoeftes zoals in het woon-werkverkeer. ‘Voor al deze achterblijvers moeten er gerichte en passende oplossingen komen, waardoor zij een inhaalslag kunnen maken’, zo stelt LVM.

Maatwerk

De onderzoekers zien ook kansen in het verbeteren van de infrastructuur. Dit moet zowel worden aangepakt met directe actie, maar ook bij herinrichting. ‘Belangrijk is dat overal maatwerk wordt ingezet en de infrastructuur zich aanpast naar de omgeving, waardoor er synergie met de omgeving ontstaat. Zo kan het actief promoten van fietsinfrastructuur ook bijdragen aan de woningbouwopgave.’

“Kijk naar het wegprofiel, waarvan driekwart gereserveerd is voor de auto en een kwart voor de overige voertuigen”, voegt Jeekel hieraan toe. “Op moment dat je dat eerlijk door de helft verdeelt, krijg je andere situatie.”

Mobiliteitsbudget

Naast maatregelen om de fiets te stimuleren moeten er ook stevige maatregelen komen om autorijden te ontmoedigen, concludeert LVM. Immers, alleen dan kan een mobiliteitstransitie worden ingezet. Op het gebied van infrastructuur betekent dit dat auto’s minder ruimte zullen krijgen, vooral in de stad. Ook werkgevers moeten ervoor zorgen dat werknemers alleen hun auto’s gebruiken als dit ook echt nodig is. Dit kunnen ze doen door parkeerplaatsen te schrappen of een mobiliteitsbudget in te stellen. Verder moet ook de beprijzing van fossiele brandstoffen eerlijker worden.

De aanbevelingen worden op verschillende manieren toegepast en geïntegreerd, verwacht Jeekel. “Dit ‘zakt’ in het hele circuit. Het LVM heeft inmiddels ruim 400 volgers op allerlei plekken binnen de mobiliteitssector. Eigenlijk maakt het ook niet zo vreselijk uit wie het oppakken, we laten het gewoon gebeuren.”

Lees ook:

Auteur: Marloes Kanselaar