Friesland met Arriva in gesprek over flexibele overbruggingsconcessie

Bus Arriva in Friesland. Foto: provincie Friesland
Bus Arriva in Friesland. Foto: provincie Friesland

De provincie Friesland koerst af op een tweejarige overbruggingsconcessie waarin Arriva ook na 2022 het busvervoer blijft verzorgen. Deze tijdelijke concessie zal een flexibele vorm hebben, zodat goed kan worden ingespeeld op hoe de situatie in 2023 en 2024 zal zijn. Het dagelijks bestuur van de provincie heeft Provinciale Staten deze week gevraagd om in te stemmen met de uitgangspunten voor de concessie.

De huidige busconcessies in Friesland lopen op 10 december 2022 af. Aanbesteden voor tien jaar zit er vanwege de coronacrisis niet in. Door alle onzekerheden worden geen goede inschrijvingen verwacht en dat zou zowel ten koste gaan van het OV als de leefbaarheid van de provincie. Na de overbruggingsconcessie wordt het busvervoer weer voor een langere periode aanbesteed, waarbij de huidige twee concessies tot één worden samengevoegd.

Op peil houden

Over de details van de tijdelijke concessie is nog geen zekerheid. Eerst moeten Provinciale Staten instemmen met de uitgangspunten, waarna detailuitwerking weer aan Gedeputeerde Staten is. Een van de belangrijkste doelen zal in elk geval het zoveel mogelijk op peil houden van het OV zijn. Alle kernen die op dit moment een vorm van openbaar vervoer hebben, moeten dat ook na 2022 hebben.

Doel is ook het vergroten van het aantal mensen dat het busvervoer wil gebruiken. Deels betreft dit reizigers die tijdelijk zijn gaan thuiswerken. Ook hoopt de provincie nieuwe doelgroepen in de bus te krijgen.

Minder aanbod

Toch is het volgens de huidige verwachtingen van de provincie niet te voorkomen dat de dienstregeling in omvang slinkt, mede omdat er minder geld beschikbaar is. In de huidige concessies rijdt Arriva jaarlijks ruim 615.000 dienstregelinguren. Dit is door de coronacrisis momenteel met 10 procent teruggebracht. Volgens een prognose van de vervoerder zou dit tijdens de overbruggingsconcessie verder kunnen afnemen tot 530.000 of zelfs 475.000 uur. Niets is nog zeker omdat het om voorlopige verwachtingen gaat, benadrukt de provincie.

Gedeputeerde Avine Fokkens-Kelder: “Hoe het precies zal worden staat nog niet vast en hierover zijn we in gesprek met Arriva. Vaststaat wel dat we de reiziger steeds zo goed mogelijk willen bedienen.” In het recent opgestelde transitieplan wordt onder andere ingezet op een ‘fietsdienstregeling’, waarbij bussen van de meivakantie tot en met de zomervakantie minder frequent rijden op lijnen waarin reizigers in deze maanden sneller voor de fiets kiezen.

Lees ook:

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding

Bekijk de aanbieding

Auteur: Dylan Metselaar

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.