NS behoudt hoofdrailnetconcessie na 2024

Treinen Den Haag Centraal. Foto: beeldbank NS
Treinen Den Haag Centraal. Foto: beeldbank NS

De concessie voor het hoofdrailnet gaat na 2024 opnieuw naar NS. De prestaties van de spoorvervoer zijn goed en het aanbesteden van het hoofdrailnet is complex en risicovol. Wel heeft het ministerie de inzet om de sprinterdienst Leeuwarden-Zwolle vanaf 2025 te decentraliseren. Er wordt bekeken of op meer regionale lijnen en op internationale verbindingen meer ruimte kan komen voor concurrentie.

Dat schrijft staatssecretaris Stientje van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat aan de Tweede Kamer. De keuze is gemaakt ‘uit oogpunt van kwaliteit en stabiliteit’, aldus de bewindsvrouw. Omdat de aanbesteding risicovol en complex is, kan dit uiteindelijk nadelig uitpakken voor zowel de reiziger als de belastingbetaler.

Regionale lijnen

Hoewel het hoofdrailnet bij NS blijft, houdt Van Veldhoven wel de mogelijkheid open om in de toekomst het regionale OV voor de reiziger verder te optimaliseren door sprinterdiensten te decentraliseren. Dit is echter alleen een optie wanneer het geen negatieve effecten heeft op de intercityverbindingen in de betreffende regio’s en niet leidt tot versnippering van het netwerk.

Hoewel het ministerie in een eerder rapport vier mogelijke regionale verbindingen noemde om mogelijk te decentraliseren, wordt voor 2025 alleen ingezet op de sprinterverbinding tussen Zwolle en Leeuwarden. De mogelijkheid bestaat dat de lijnen Zwolle – Groningen en Apeldoorn – Enschede in een later stadium opgaan in bestaande regionale concessies, zolang dit een verbetering voor de reiziger oplevert. Voor de verbinding Dordrecht – Breda is al duidelijk dat die meerwaarde er niet is en die lijn wordt dan ook niet gedecentraliseerd.

Voorwaarde verlenging

De NS presteert volgens Van Veldhoven goed, ook in vergelijking met andere Europese spoorbedrijven. Voorwaarde voor verlenging van de concessie is wel dat het spoorbedrijf zich blijft aanpassen aan groeiende reizigersaantallen. Treinen moeten bovendien nog vaker op tijd rijden en ook de informatievoorziening aan reizigers moet verder verbeteren.

Voordat de uitbraak van het nieuwe coronavirus het treinverkeer flink ontregelde, reisden dagelijks 1,3 miljoen mensen met de trein. Dat is bijna een vijfde meer dan vijf jaar geleden. Volgens de laatste prognoses zet de groei door, al moet de invloed van de coronacrisis daarin nog worden verwerkt.

Reactie NS

NS-topman Roger van Boxtel spreekt van “een grote opsteker in roerige tijden” nu de spoorvervoerder opnieuw het vertrouwen krijgt van het kabinet. “De afgelopen jaren is hard gewerkt om het vertrouwen in NS te herstellen.” Hij noemt de vernieuwde concessie ‘een beloning en een aansporing tot nog betere resultaten’.

Een vereiste om de nieuwe concessie gegund te krijgen, was het voldoen aan alle eisen in de midterm review. Daarin slaagde de spoorvervoerder en Van Boxtel noemde dit afgelopen februari tegenover OVPro al een ‘mooi uitgangspunt voor het spoorordeningsdebat’. Hij heeft er dan ook het volste vertrouwen in dat dit niveau de komende jaren kan worden vastgehouden.

Kritiek

Het besluit om de deur wel op een kier te laten staan voor verdere decentralisatie van enkele sprinterdiensten en de extra ruimte voor marktwerking op internationale verbindingen, kan echter op weinig begrip rekenen van de spoorvervoerder. Het eerste is volgens NS niet in belang van de reizigers, omdat verdere decentralisatie zou leiden tot langere reistijden, meer overstappen en meer onduidelijkheid over tarieven.

Bovendien is het bezorgd over de gevolgen van marktwerking op internationale verbindingen. “De afgelopen vijf jaar hebben we meer internationale treinen gereden dan de vijftien jaar daarvoor. We hebben grote ambities en plannen om ons land nog beter en sneller per spoor te verbinden. Het kabinet wil dit mogelijk helemaal anders organiseren. Dat maakt het nodeloos ingewikkeld en kost tijd.”

Internationale verbindingen

Het kabinet zet met de nieuwe marktordening daarnaast in op snellere verbindingen met onder meer Berlijn, het Ruhrgebied en Londen. Bovendien komt er vanaf 2025 ruimte voor spoorvervoerders om nieuwe internationale treinverbindingen te openen.

Dit voorstel van Van Veldhoven is de eerste stap in de concessieverlening voor het hoofdrailnet. In een volgende fase worden de voorwaarden, eisen en kosten nader uitgewerkt. Een definitief besluit valt naar verwachting eind 2023.

Lees verder:

OV-congres-2020-juni-juli_468x60

U las zojuist Ă©Ă©n van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding

Bekijk de aanbieding

Auteur: Inge Jacobs

1 reactie op “NS behoudt hoofdrailnetconcessie na 2024”

Loek van der Heide|16.06.20|15:06

Decentralisatie spoorlijnen EN infrabeheer Oost Noord NL, Duitsland, Wallonie en Luxembourg
De decentralisatie van eigenlijk heetl het stelsel in perifere haak NL, dwz. Alkmaar-Afsluitdijk // Harlingen-Bremen en Leeuwarden—Gronigngen–Luik–Luxemburg zoe pas een echte stap zijn in het loskomen van het Randstad kern net, waarbij men uit blijft gaan van een politiek isolement vanmet name Noord Nederland, met Duits Weser Ems en Noord- Oost NL via IJssel-Maasroute met Luik en Luxemburg