Impact stakingen bekend: “40 procent rituitval”
Door de staking in het streekvervoer gaat donderdagochtend ongeveer 40 procent van de dienstregeling niet door. Dat is althans de schatting van de Vereniging Werkgevers Openbaar Vervoer (VWOV) waar de vervoerders bij zijn aangesloten. Vakbond FNV, die de staking organiseert, meldt voorlopig dat landelijk ongeveer de helft van de dienstregeling plat ligt. De vakbond verwacht vrijdag 20 januari een nog grotere impact, daarnaast dreigt FNV met nieuwe sectorbrede stakingen.
Volgens een woordvoerster van de VWOV verschilt het erg per regio hoeveel openbaar vervoer rijdt. Zo gaan rond Schiphol bijna alle ritten door, terwijl dit in het zuiden van Nederland voor maar ongeveer 40 procent geldt. Dit is op basis van een eerste beeld van de werkgeversvereniging.
Ook FNV meldt dat het fluctueert over het land. “Maar de precieze cijfers zijn nog niet binnen”, zegt FNV-bestuurder Marijn van der Gaag. “Ik vermoed dat al onze leden meedoen. We weten alleen niet exact hoeveel van onze leden vandaag werken. We kunnen wel zeggen dat ongeveer de helft van de sector lid is bij ons. Ik schat dan ook dat de 50 procent van het regionale OV niet rijdt.”
Vakbond CNV staakt nog niet mee met FNV. “CNV moet nog een aantal juridische procedures door, maar heeft ook het bod van de werkgevers afgekeurd”, zo vertelt Van der Gaag.
Impasse
Zowel VWOV als FNV spreken van een “impasse” in de onderhandelingen. De werkgevers zijn van mening dat zij een goed bod hebben gedaan, maar voor de vakbonden is dit onvoldoende. De onderhandelingen zijn dinsdag op woensdagnacht om 2:45 uur gestrand. “We waren het eens geworden over de looptijd van één jaar voor de nieuwe cao Streekvervoer. De werkgevers wilden namelijk alleen het eerste jaar een goede loonsverhoging bieden van 8 procent.”
“We hebben een bovengemiddeld hoog loonbod gedaan”, zegt Fred Kagie, voorzitter van VWOV. “Ook als je kijkt naar de ontwikkelingen van cao lonen de afgelopen periode en wat er in de vervoersector gebeurt. Ons loonbod van 8 procent voor 2023 is méér dan gemiddeld in Nederland.”
Kagie verbaast zich over de opstelling van de bonden: “De overheid neemt ongekende maatregelen die de inflatie flink dempen en de koopkracht verbeteren. Een modaal inkomen stijgt door de overheidsmaatregelen met 3,7 procent, voor lagere inkomens is dat nog meer. De geboden 8 procent loonsverhoging in 2023 en de extra maatregelen betekenen een forse stap voor medewerkers in de sector en samen met de overheidsmaatregelen een flinke vooruitgang in het salaris. Een buschauffeur in de hoogste loonschaal verdient gemiddeld inclusief toeslagen na deze stijging van 8 procent een salaris 4300 euro bruto. Dit komt neer op ongeveer 27 euro per uur. De functie van buschauffeur is op MBO-2 niveau.”
De onderhandelingen zijn uiteindelijk stuk gelopen op de flexibilisering, meldt Van der Gaag. “Wij hebben daar voorwaarden aan gesteld. Daarbij vroegen wij ook meer loon, als de werkgevers meer flexibilisering willen. In het eindbod van de werkgevers waren geen van onze voorstellen meegenomen. Dan heeft het voor ons geen zin meer. We zijn echt uitonderhandeld.”
Meer stakingen
FNV blijft actievoeren tot de werkgevers met betere voorstellen komen. Ook vakbond CNV sluit zich later aan bij de acties denkt Van der Gaag. “We gaan het nu niet meer opgeven.”
Vrijdag 20 januari zal de impact van de staking nog groter zijn. Dan staken ook leden van de andere cao in het openbaar vervoer: de cao Multimodaal. Regionale treinen zullen, in tegenstelling tot vandaag, dan ook niet rijden.
Van der Gaag waarschuwt de werkgevers voor meer stakingen. “Als CNV ook aansluit dan kunnen wij sectorbrede stakingen organiseren. Ook de werknemers die geen lid van een vakbond zijn, zullen dan mee staken.”
De werkgevers willen blijven praten om eruit te komen. “De sector staat zwaar onder druk, en is corona niet te boven”, zegt Kagie. “Het is niet verantwoord om de kosten bij bedrijven nog hoger op te laten lopen. Dan komt de continuïteit van het openbaar vervoer in gevaar, daar is niemand bij gebaat. De reizigersaantallen zijn sinds corona nog niet op het oude niveau en dit jaar krijgen we nauwelijks nog steun van de overheid. Maar we willen in gesprek blijven om er samen uit te komen.”
Lees ook: